eieren na sortering (2011)
RISICO’S VAN EIEREN
BESMET MET BESTRIJDINGSMIDDELEN WORDEN ERNSTIG ONDERSCHAT
gepubliceerd in dagblad Trouw op 28 augustus 2017
Voorgeschiedenis
Fipronil is insecticide en acaricide dat voor het eerst op de markt werd gebracht in
1993. Fipronil wordt in Nederland als diergeneesmiddel ingezet tegen vlooien,
mijten en teken bij honden en katten en is in de voedselketen terechtgekomen
nadat een onbevoegd Barnevelds stalreinigingsbedrijf Chickfriend het middel
illegaal had gebruikt bij de bestrijding van bloedluis (latijnse naam: Dermanyssus
gallinae) in de pluimveesector. Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG)
heeft fipronil echter nooit toegelaten voor gebruik bij pluimvee. Chickfriend
pretendeerde dat het om een zuiver plantaardig middel ging, waarvoor het geen
officiële toelating nodig had. Daarmee zijn ze weggekomen omdat niemand de werkelijke
samenstelling heeft gecontroleerd.
Toxische werking
Uit de dosis-werkingsrelatie van fipronil bij honingbijen kan
worden opgemaakt dat de schadelijke werking onomkeerbaar (irreversibel) en cumulatief
is en dat een drempelwaarde voor de giftigheid bij insecten in ieder geval niet
bestaat. Vier nanogram fipronil zijn binnen 48 uur dodelijk voor honingbijen. Fipronil
is minder giftig voor zoogdieren. De toelaatbare dagelijkse opname (ADI) voor de
mens, die levenslang mag worden geconsumeerd, is voor fipronil 0,2 microgram/kg
lichaamsgewicht, en is gebaseerd op een chronische studie van 2 jaar in ratten.
Daarnaast wordt voor korter durende blootstellingen, zoals bij tijdelijk
besmette eieren, gewerkt met de zogenaamde acute referentie dosis (ARfD) van 9 microgram/kg
lichaamsgewicht, die gebaseerd is op een kortdurende neurotoxiciteitsstudie in
ratten.
Volgens het Duitse Bundesinstitut für Risikobewertung (BfR)
variëren de bij de huidige onderzoeken aangetroffen waarden van fipronil en de
daarbij horende afbraakproducten van 0,0031 tot 1,2 mg/kg in eieren. Dat komt
neer op een maximale fipronil belasting van 90 microgram per geconsumeerd ei
(van maximaal 75 gram). Als een kind van 10 kg slechts 1 zo een ei eet, krijgt
het dus 90 gedeeld door 10, dwz 9 microgram fipronil per kg lichaamsgewicht
binnen (de eerder genoemde ARfD) en bereikt zo dus al de maximaal toegestane
belasting met deze stof binnen 24 uur (!).
Het lijkt dus in ieder geval raadzaam van consumptie tijdens
de zwangerschap en de vroege jeugd af te raden, ten eerste omdat de ARfD kan
worden overschreden (zelfs door consumptie van 1 besmet ei door oa. jonge
kinderen), en ten tweede om blootstelling aan fipronil tijdens de ontwikkeling van
de hersenen te verhinderen. Interacties van fipronil met het menselijke
zenuwstelsel kunnen niet worden uitgesloten, en er bestaat geen enkele
aanleiding risico’s van een zenuwgif te bagatelliseren. Het BfR bevestigde deze
aanbeveling op 30 juli 2017 met de volgende conclusie: “Rekening houdend met
door de EFSA (2006) afgeleide ARfD voor
fipronil (0,009 mg / kg lichaamsgewicht) resulteert de beoordeling van de acute
blootstelling op basis van Europese verbruiksgegevens van kippeneieren bij
zuigelingen (UK) in een overschrijding van de ARfD. Op basis van deze gegevens
kan de gezondheid deze groep consumenten door besmette kippeneieren acuut in
gevaar worden gebracht. “
Aangezien ADI en ARfD worden berekend door een
niet-schadelijke dosis in proefdierexperimenten, de zogenaamde
No-Observed-Adverse-Effect-Level ofwel NOAEL, door 100 te delen, worden
overschrijdingen van ADI of ARfD door sommige experts gebagatelliseerd. Daartoe bestaat naar onze
mening geen enkele reden, juist vanwege de onvermijdelijk aanwezige
onzekerheidsmarges.
Topje van de ijsberg?
Fipronil is misschien alleen maar het topje van een ijsberg.
Op internet worden heel veel verschillende middelen tegen bloedluis (in het
Nederlands en in het Engels) aangeboden, waaronder;
1)
legale plantaardige of minerale middelen,
meestal zonder opgave van
inhoudstoffen. Deze middelen behoeven in de regel geen toelating door het CBG
en het Ctgb omdat ze in de categorie ‘gezondheidsbevorderende’ middelen vallen.
2)
Legale toegelaten middelen zoals roofmijten (biologisch
bestrijdingsmiddel, dat bestaat uit levende organismen) en de door het Ctgb
toegelaten middelen Elector (met als werkzame stof spinosad) en Solfac (dat cyfluthrin
bevat).
3)
illegale (niet door het CBG of Ctgb toegelaten)
middelen met insecticiden als werkzaam bestanddeel, waaronder Byemite, dat foxim bevat. Ook alle andere middelen
die op internet worden aangeboden zijn niet toegelaten.
Welke garanties
bestaan er omtrent inhoudstoffen van aangeboden middelen?
Als een gezondheidsbevorderend middel (onder categorie 1) door
niemand is gekeurd, heb je als koper geen enkele garantie mbt de inhoudstoffen
van het betreffende middel. Van de kopende partij, bv pluimveehouders, wordt
wel het vertrouwen verlangd om inderdaad aan te nemen dat het om iets volkomen
onschuldigs gaat. Pluimveehouders kunnen wel zelf de samenstelling van een
product eenvoudig laten testen. Dat is relatief zeer goedkoop. Voor een paar
honderd euro kun je de aanwezigheid van vrijwel alle biociden laten testen.
In de pluimveesector zijn veel bedrijven aangesloten bij de
Integrale Keten Beheersing (IKB Kip). Het IKB vereist echter geen chemische
analyse van ‘gezondheidsbevorderende’ middeltjes bij kippen. Datzelfde geldt
voor Skal Biocontrole, die verantwoordelijk is voor de controle van biologische
bedrijven in Nederland. Skal biocontrole stelt geen speciale eisen aan het
gebruik van plantaardige middelen. Beide systemen hebben op dit moment geen
greep op het gebruik van deze gezondheidsbevorderende middelen.
Aanbevelingen voor
beleid
Gezien het bovenstaande moge het duidelijk zijn, dat zowel
IKB Kip als Skal biocontrole analyses moeten gaan vereisen van alle middelen
die gebruikt worden in het voedsel van de kip en voor behandeling van de kippen
en stallen. Monsters van de middelen zullen moeten worden genomen door de
gebruikers of door de certificerende organisaties, om fraude door aanvragers te
voorkomen.
Conclusies
Het is ons niet bekend of de NVWA eieren op besmetting met andere
legale en illegale insecticiden en afbraakproducten ooit heeft onderzocht, maar
de besmetting van eieren met insecticiden (en de risico’s voor de
volksgezondheid) is mogelijk veel groter dan tot nu toe aangenomen.
Het kan geen beleid worden
dat verboden toepassingen van fipronil oogluikend worden toegestaan, en
het is niet goed dat overschrijdingen
van blootstellingslimieten van fipronil worden gebagatelliseerd. De door
toelatingsinstanties vastgelegde toepassingen van een bestrijdingsmiddel en de
maximaal toegelaten blootstelling van mens en milieu aan het middel verdienen
strikte handhaving.
Henk
Tennekes, consultant toxicoloog (info@toxicology.nl)